Arrest Grondwettelijk Hof 17 oktober 2019 – nr. 146/2019 – leveringsbeperking voor geneesmiddelenverdelers is strijdig met het vrij verkeer van goederen

De bestreden bepaling doorstond de toets aan de artikelen 10 en 11 van de grondwet en de artikelen 34 en 35 van de VWEU niet. Het Hof oordeelde dat de leveringsbeperking strijdig is met het gelijkheidsbeginsel en met het vrij verkeer van goederen. Volgens het Hof dient de maatregel te worden beschouwd als een maatregel van gelijke werking. Een maatregel van gelijke werking is in beginsel verboden in het Europees recht, tenzij het gerechtvaardigd kan worden door een algemeen doel zoals de bescherming van de volksgezondheid en het leven van mensen.
In casu aanvaardde het Hof niet dat er rechtvaardigingsgronden voorhanden waren vermits de ingevoerde leveringsbeperking niet geschikt is om de beschikbaarheid van de geneesmiddelen op de Belgische markt te verzekeren. Het Hof vernietigde dan ook het bestreden artikel.

Er dient bovendien te worden opgemerkt dat het Hof van Justitie reeds meermaals heeft geoordeeld dat geneesmiddelen niet vrijgesteld zijn van de regels inzake de interne markt. De voorschriften inzake het vrij verkeer van goederen zijn dus steeds van toepassing op geneesmiddelen.

We kunnen dus besluiten dat als gevolg van dit arrest van het Grondwettelijk Hof groothandelaars-verdelers van geneesmiddelen opnieuw zonder restricties geneesmiddelen zullen mogen leveren aan gewone groothandelaars, alsook geneesmiddelen zullen mogen uitvoeren naar het buitenland.