De invloed van het Vlaams Regeerakkoord 2024-2029 op de lokale besturen

Sportinfrastructuur

Een eerste element waar de lokale besturen een invloed zullen merken bevindt zich in de sportinfrastructuur. De regering wilt ‘een golf aan nieuwe en gerenoveerde sportinfrastructuur’. Hierbij haalt de Vlaamse Regering ten eerste zwembaden en kunstgrasvelden aan.

Zo wilt de regering maar liefst 40 nieuwe zwembaden bouwen, van minimaal 25m x 10m. De gedachtegang hierachter is dat elk kind moet kunnen zwemmen. Belangrijk bij de doelstelling van de overheid om 40 extra zwembaden te bouwen is de regelgeving en subsidiëring die hierbij komt kijken. Het plan van Vlaams minister van sport, Annick De Ridder, is om jaarlijks 6 miljoen euro vrij te maken voor de bouw en uitbating van de nieuwe publieke zwembaden en dit gedurende 30 jaar. Dit komt neer op een som van 180 miljoen euro in totaal. De ratio legis hierachter is de financiering van een publiek zwembad haalbaar maken voor kandidaat-bouwers enerzijds en het ondersteunen van de duurzame exploitatie van die toekomstige zwembaden anderzijds. Vaak is het de taak van lokale besturen om nieuwe zwembaden te bouwen. Echter hebben zij vaak niet de juiste middelen hiervoor en komt deze overheidssteun dus als geroepen. Een goed initiatief volgens mij.

De Vlaamse Regering somt vervolgens nog enkele maatregelen op, waarbij de lokale besturen een cruciale rol zullen spelen. Zo wilt de Vlaamse overheid de ‘blinde vlekken’ in kaart brengen. Daar waar momenteel dus nog weinig sportinfrastructuur voorzien is, wil de overheid in samenwerking met de lokale besturen, meer beweeg– en sportmogelijkheden realiseren. Hierbij maakt de overheid de opdeling tussen publieke ruimtes uitnodigend tot actieve beweging én de groene ruimtes, bedoeld voor recreatie en sport. De belangen van de sporter worden afgewogen tegen de belangen van het leefmilieu en erfgoed.

Hierbij aansluitend wil de Vlaamse Regering ongebruikte dan wel onderbenutte gebouwen of percelen zoeken. Deze zouden een nieuwe sportieve invulling krijgen, hetgeen ten goede kan komen voor o.a. scholen. Het Vlaamse regeerakkoord wijst erop dat zowel kleine als grotere lokale besturen op Vlaamse steun kunnen rekenen. In het regeerakkoord geeft de overheid volgende voorbeeld: groepsaankopen voor laagdrempelige en kleine sportinfrastructuren. Hierbij kan gedacht worden aan 3×3-veldjes, beachvolley, voetbalkooien… Tot slot voorziet de overheid ook optimalisatie van een goed bestuur als maatregel. Hierbij wil de overheid de planlast verlagen en een evenwichtige samenstelling van de bestuurskamers voorzien.

Tenslotte spelen lokale besturen inzake de veiligheid bij sportinfrastructuur een rol. Zo wordt bijvoorbeeld voor jeugdwielrennen en inlineskaten ingezet op zowel meer als veilige locaties.

Ook wilt de overheid de wielersport naar een hoger niveau trekken door de structuren van Cycling Vlaanderen en de Vlaamse Wielerschool te optimaliseren.

Er wordt niet enkel gefocust op jongeren, bijvoorbeeld in de maatregelen voor de scholen. Ook het sportaanbod voor jonggepensioneerden wordt bekeken. Een laagdrempelig sportaanbod, met een kwalitatief hoogstaand niveau, moet uitgewerkt worden door de overheid die daarin een samenwerking met de lokale besturen, sportclubs en sportfederaties wenst.

Het vergunningsbeleid

De Vlaamse regering wil focussen op het verminderen van bezwaarmogelijkheden tegen bestaande activiteiten. Hierbij acht de Vlaamse Regering het belangrijk geen tegenstrijdige adviezen te formuleren om zo met één stem te spreken tegen Vlamingen en ondernemingen.

Daar waar de Vlaamse Regering meer ruimte wilt maken voor dynamische ontwikkelingen, functieverweving, pop-ups en experimentele ondernemingen, zal de autonomie van de lokale besturen behouden blijven.

Ook is er een bevoegdheidsverschuiving voor het verlenen van vergunningen. Zo krijgen gemeentebesturen opnieuw de bevoegdheid inzake de Blue Deal 2.0, i.e. alles omtrent water.

Daarnaast zal er meer toezicht zijn op de lokale besturen in het kader van het voornoemde beleid vanuit één stem en meer bepaald inzake de Blue Deal 2.0. De Vlaamse overheid zal immers consequent in beroep gaan wanneer het overstromingsgevoelige gebieden betreft, tegen enerzijds onzorgvuldig gemotiveerde vergunningen – zeker indien dit meermaals gebeurd – en anderzijds indien de lokale besturen de adviezen naast zich neerleggen. Indien de rechtscolleges meerdere inbreuken vaststellen, kan een lokaal bestuur in extremis zelfs onder toezicht geplaatst worden.

Binnenlands bestuur

Het regeerakkoord wil sterkere lokale besturen voor een welvarender Vlaanderen. Lokale besturen zullen een prominentere rol spelen in de toekomst.

De lokale besturen zijn steeds meer de ‘eerstelijnsoverheid’. Zij nemen het voortouw bij maatschappelijke uitdagingen met een bepaalde complexiteit. Echter wegens het gebrek aan voldoende bestuurskracht, ambtelijke capaciteit en schaalgrootte is dit niet altijd vanzelfsprekend. De bestuurlijke organisatie moet net om die reden beter op elkaar afgestemd worden, gezien de uitdagingen waarmee onze maatschappij, en de overheid bijgevolg ook, geconfronteerd wordt. Het idee is een model ontwikkelen waarbij er twee grote pijlers zijn: de Vlaamse overheid en de lokale besturen. Binnen dit model zal er een groot vertrouwen zijn vanuit de Vlaamse naar de lokale besturen. De lokale autonomie wordt hierbij zeker behouden waarbij er zoveel mogelijk beleidsvrijheid aan de steden en gemeenten gegeven wordt.

Omdat lokale besturen een wezenlijke rol spelen in het bieden van oplossingen, zullen zij ondersteund worden door de overheid om te werken aan schaalvergrotingen via fusies. Zo moet er meer transparantie komen over het geheel. Doordat de overheid zich gaat presenteren als een ondersteunende en gestroomlijnde overheid, zal er een meer gebiedsgerichte samenwerking tot stand moeten komen, waarbij verkokering vermeden wordt. Deze fusies behouden een fusiebonus, die zich uit in een schuldovername en het voorzien van voldoende middelen om het transitieproces zelf te onderbouwen. Aansluitend hierbij zal er gewerkt worden aan de momenteel meer dan 2.000 samenwerkingsverbanden. Intergemeentelijke samenwerking is belangrijk, maar vandaag de dag kampen we met een ondoorzichtig geheel aan overheidsstructuren. Om dit probleem weg te werken, zullen ook de lokale besturen hun verantwoordelijkheid moeten opnemen en maatregelen moeten nemen om tot een rationalisering van het tussenniveau te komen.

Een ondernemers- en kmo-vriendelijke overheid

De overheid wilt de lokale besturen stimuleren om een actieplan, een visie voor kernversterking te realiseren. Dit in het kader van ondernemingen en kmo’s. Hierbij zal de overheid de besturen steunen door o.a. goede praktijken, zoals buurt- en dorpspunten in functie van de lokale noden, te verspreiden.

Werk en sociale economie

Een topprioriteit voor de Vlaamse Regering ligt in de werkzaamheidsgraad. De overheid wilt de graad van 80% werkzaamheid bereiken én overschrijden. Een fundamentele rol wordt ingevuld door de lokale besturen, namelijk om mee te werken aan de versterking van het activeringsbeleid. De drempels die moeilijk bemiddelbare werkzoekenden hebben, kunnen vaak op lokaal niveau het best worden aangepakt. Een onderdeel hiervan is het onderbenutte potentieel van niet-beroepsactieven. Er zijn heel wat mensen die niet beroepsactief zijn en geen werkloosheidsuitkering ontvangen. Hierbij kunnen lokale besturen en hun partners inzetten op intensieve arbeidsbemiddeling en deze groep mensen begeleiden naar passende jobs. Om de volledige groep inactieven te bereiken, zal een samenwerkingsakkoord gesloten worden over de nodige data-uitwisseling tussen de VDAB, de lokale besturen en de betrokken federale instellingen op gang te zetten. De lokale besturen zullen hier de nodige bestuurskracht krijgen.

Mobiliteit en openbare werken

De investeringsprojecten vanuit de verschillende beleidsdomeinen zullen door lokale besturen beter op elkaar afgestemd kunnen worden door het formaliseren van een plan en bijhorende tijdshorizon.

Inzake de verkeersveiligheid sluit de Vlaamse regering met stakeholders en lokale besturen een verkeersveiligheidspact. Omdat er, ondanks de grote aandacht voor verkeersveiligheid en de hierbij horende investeringen, een stagnatie van de daling van het aantal verkeersslachtoffers is, wil de overheid het verkeersveiligheidsplan actualiseren in 2025. Lokale besturen zullen gerichte campagnes moeten uitwerken met steun van de federale overheid.

Ook wil de Vlaamse regering van Vlaanderen dé fietsregio maken. Hiervoor zal de financiering afgestemd worden op het investeringsritme van de lokale besturen. Daarnaast is dit erg belangrijk met het oog op toekomstige bouwprojecten of overheidsopdrachten. Met de toekomstige fietsinfrastructuur zal rekening gehouden moet worden bij het bouwen van nieuwe projecten.

Voor het openbaar vervoer moeten lokale besturen maatregelen nemen om de doorstroming van het openbaar vervoer te verbeteren. Er moet een basisbereikbaarheid zijn en daarnaast moeten reizigers tevreden zijn en de kostenefficiëntie verhoogd worden. De lokale besturen moeten, via de vervoerregio’s, nauwer betrokken worden bij het Vlaamse mobiliteitsbeleid. Ook dit kan een aandachtspunt zijn bij toekomstige overheidsopdrachten. De bereikbaarheid en doorstroming van het openbaar vervoer zullen door de kandidaten in rekening gebracht moeten worden bij het opstellen van hun offertes.

Klimaat en energie

Fluvius plant een uitfasering van energiedienstverlening. Dit kan gevolgen hebben voor de lokale besturen. Daarom zal de Vlaamse overheid erover waken dat de lokale besturen voldoende ondersteuning, financieringsoplossingen en dienstverlening krijgen.

Daarnaast zijn de lokale besturen van elementair belang om klimaatmaatregelen te realiseren en van onderuit voor deze maatregelen een draagvlak te creëren. De overheid zal daarom de lokale besturen steunen om prioriteiten te stellen. Enerzijds in het in staat stellen om eigen klimaatengagementen waar te maken. Anderzijds in functie van de Vlaamse beleidsdoelstellingen. Er zal een Lokaal Energie- en Klimaatpact gevormd worden, zodat het ganse beleid helder vertaald wordt naar de lokale besturen. Wederom iets wat mogelijks relevant kan zijn bij toekomstige infrastructuur.

Landbouw en visserij

Lokale besturen moeten focussen op het afnemen van biologische en andere lokale producenten in het aankoopbeleid om zo een afzetmarkt van biologische en andere duurzame lokaal geproduceerde producten te creëren.

Hierbij aansluitend zullen de lokale besturen door de overheid bewust gemaakt worden van de mogelijkheden van land- en tuinbouwgronden, voornamelijk voor de jongere generatie.

Omgeving

Er zal een bouwshift plaatsvinden. Deze focust op de ontwikkeling van strategische locaties, efficiënt gebruik van schaarse ruimte en maximaal behoud van open ruimte. Lokale besturen moeten ernaar streven om deze bouwshift in de praktijk uit te voeren. Daarnaast zouden overtollige en slecht gelegen bouwgronden geneutraliseerd moeten worden.

Ook voor natuurherstel in het algemeen moeten lokale besturen zich engageren om het natuurbeleid en de natuurdoelen te realiseren. Lokale Bosplannen worden opgemaakt, zodat de overheid in samenwerking met de lokale besturen kan zoeken naar ruimte die gebruikt kan worden voor extra bos. Ook acht de overheid het wenselijk dat het lokaal bestuur een informatievergadering organiseert in het kader van de natuurbeheerplannen. Hierover zullen er op tijd online publicaties gebeuren.

Inzake de jachtsector moeten lokale besturen een informatievergadering organiseren. Ook hiervoor zullen op tijd de plannen gepubliceerd worden online.

Een volgend aspect is de voedingssector. Voedselverlies en zwerfvuil moeten verminderd worden waarvoor lokale besturen ook hun steentje moeten bijdragen.

Buitenlandse zaken en toerisme

In april 2024 werd de Europese Verordening rond kortetermijnverhuur aangenomen. Hierdoor zou de woonfunctie beschermd worden aan de hand van stedenbouwkundige conformiteitsattesten enerzijds en het bewaken van kwaliteit, veiligheid en draagkracht van de kortetermijnverhuurmarkt in Vlaanderen anderzijds. Lokale besturen zullen hierbij nauw betrokken worden.

Bestuurszaken en kanselarij

Dit heeft o.m. betrekking op het digitaliseren van de overheid. Een niet te onderschatten evolutie die de nodige herorganisatie met zich meebrengt. Lokale besturen zullen hulp krijgen van de overheid om in een versneld tempo te digitaliseren. Hierbij worden overheidsmiddelen zo efficiënt mogelijk besteedt. In dit kader wordt het ‘Lokaal Digitaal’-programma opgestart om lokale besturen te ondersteunen bij de digitaliseringstrajecten. Een van de streefdoelen is meer interoperabiliteit tussen software en informatiesystemen. Bovendien moeten lokale besturen ervoor zorgen dat inwoners ergens terecht kunnen met hun vragen bij online dienstverlening. Hierbij aansluitend wordt het veiligheidsbeleid uitgebreid naar de lokale besturen.

Er zal een administratieve vereenvoudiging doorgevoerd worden. Deze zou de regeldruk moeten verlagen. Voor lokale besturen betekent dit dat er meer gebiedsgerichte samenwerking tussen Vlaanderen en de lokale besturen georganiseerd zal worden via een overlegmodel van referentieregio’s. Lokale besturen zullen zo sneller tot maatgerichte oplossingen komen, hetgeen veel efficiënter is.

Begroting

Het subsidieregister zal opengesteld worden voor de lokale besturen.

Onderwijs

Voor de schoolinfrastructuur zet de Vlaamse overheid in op maximale toegankelijkheid. Lokale besturen worden gestimuleerd om een beleid uit te werken dat delen van de infrastructuur door scholen actief ondersteunt. Zo zouden schoolgebouwen en speelplaatsen ook buiten de schooluren maximaal toegankelijk moeten zijn voor o.a. nabewaking, academies, jeugdorganisaties…

Wonen

Om een kwalitatieve en betaalbare private huurmarkt te stimuleren, zet de Vlaamse overheid in op verschillende zaken. Zo zal ten eerste het gebruik van een conformiteitsattest versterkt worden voor huurwoningen. Dit om de kwaliteit van de woningen te waarborgen. Ongeveer één derde van de lokale besturen werkt met een verplicht conformiteitsattest. De Vlaamse overheid wenst dit te veralgemenen en zal hiervoor de lokale besturen steunen om dit gefaseerd in te voeren. Ten tweede zullen lokale besturen nauw betrokken worden bij de bestrijding tegen uithuiszettingen. De huurders met betaalbaarheidsproblemen moeten zo snel mogelijk naar het Fonds ter bestrijding van uithuiszettingen geleid worden.

Specifiek voor sociaal wonen zullen lokale besturen en woonmaatschappijen middelen krijgen inzake Housing First om te investeren in mobiele woonunits en noodwoningen voor o.a. de opvang van dak- en thuislozen. Daarnaast zal er, in het kader van ‘Bindend Sociaal Objectief’ meer flexibiliteit zijn om hun doelstellingen in te vullen op het werkingsgebied van de woonmaatschappij. Bindende afspraken zullen gemaakt worden tussen de lokale besturen, Vlaanderen en de woonmaatschappijen. Op financieel vlak zullen de 2b-gemeenten, i.e. de lokale besturen die het slechtst scoren, een financiële bijdrage moeten leveren tot de huurpremie als vorm van sanctie.

De Vlaamse overheid zet in op een nauwe samenwerking tussen het woonbeleid en het ruimtelijke ordeningsbeleid. Hierbij vormen de lokale besturen een cruciale partner, omdat zij een extra aanbod kunnen geven.  Ook zullen zij begeleid worden in het verruimen van het betaalbaar woonaanbod door publieke gronden met woonfunctie in kaart te brengen en te activeren. Er zal structureel lokaal overleg plaatsvinden met lokale woonactoren. Dit om woonreservegebieden in handen van woonmaatschappijen en private actoren te activeren.

 

Jeugdinfrastructuur

De Vlaamse overheid wil een globale langetermijnvisie voor jeugdinfrastructuur ontwikkelen. Dit in samenspraak met de jeugdsector. De lokale besturen zijn een belangrijke partner wanneer het gaat om kwaliteitsvolle jeugdinfrastructuur op te bouwen.

 

Justitie

Lokale besturen zullen ingezet worden om de jeugddelinquentie aan te pakken. Er wordt een integrale lokale ketenaanpak gecreëerd van welzijn – justitie – lokale besturen. Zo zal de structurele samenwerking geoptimaliseerd worden.

Een tweede aspect binnen de justitie is de radicalisering, die vaak met geweld gepaard gaat. Het transversaal beleid dat hieromtrent opgericht zal worden, heeft ook een rol voor de lokale besturen in petto. Zij moeten namelijk preventieve maatregelen nemen om de radicalisering op te sporen en tegen te gaan.

Een derde aspect is het verkrijgen van meer bestuurlijke slagkracht. Zo zullen lokale besturen moeten ingaan tegen fraude en georganiseerde misdaad. Ook moet hun informatiepositie versterken, omdat op deze manier de lokale besturen aan de slag kunnen gaan met integriteitsonderzoeken.

Tot slot is er nog de Vlaamse bestuursrechtspraak. De vereenvoudiging van procedures is prioritair, waarbij ook de doorlooptijd van een standaarddossier voor de Raad voor Vergunningsbetwistingen ingekort moet worden. Hierbij mag de kwaliteit en consequentheid van de rechtspraak niet verminderen, noch de toegang tot de rechter. Er is een streven naar één onafhankelijk en onpartijdig Vlaams Bestuursrechtscollege waarbij de lokale besturen dan ook terecht zouden kunnen. Dit rechtscollege zou dan alle beroepen ten aanzien van bestuurshandelingen van Vlaamse, provinciale en lokale besturen, die enkel betrekking hebben op Vlaamse bevoegdheden, kunnen behandelen.

Conclusie

De Vlaamse Overheid zal sterk inzetten op de samenwerking met de lokale besturen om zo al de doelstellingen uiteengezet in voornoemd regeerakkoord waar te maken. De grote uitdaging zal zijn hiervoor ook financiële middelen ter beschikking te stellen.

Gallerij