Grondwettelijk Hof bevestigt dat inperking stakingsrecht mogelijk is in functie van continuïteit publieke dienstverlening

Het decreet van het Vlaamse Gewest van 28 mei 2021 tot wijziging van het decreet van 31 juli 1990 betreffende het publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap Vlaamse Vervoermaatschappij – De Lijn, wat betreft de continuïteit van de dienstverlening van de Vlaamse Vervoermaatschappij – De Lijn in geval van staking beoogt de continuïteit van de dienstverlening door de Vlaamse vervoersmaatschappij De Lijn in geval van een staking.

Onder meer drie vakbonden vorderden de vernietiging van dit decreet omwille van het feit dat het voorziet in de mogelijkheid voor De Lijn om in geval van een staking in een aangepast vervoersaanbod te voorzien dat wordt gewaarborgd door de personeelsleden die tot de essentiële beroepscategorieën behoren en die niet 72 uur vóór het begin van de stakingsdag hun intentie hebben meegedeeld om al dan niet aan de staking deel te nemen.

In de lijn met haar eerdere rechtspraak (arrest nr. 67/2020 met betrekking tot de NMBS) heeft het Grondwettelijk Hof op 17 mei 2023 het beroep tot vernietiging van bovenvermelde verzoekende partijen verworpen.

Het Hof is van oordeel dat het decreet van 28 mei 2021 een legitieme doel nastreeft, namelijk het waarborgen van de vrijheid van verkeer en het recht op mobiliteit van de gebruikers van De Lijn en 0606_verenigbaar is met de syndicale vrijheid, het recht op overtuiging en vrije meningsuiting en het recht op collectieve actie.

Lees meer: Arrest 78/2023

Documenten

Gallerij